Pagina 13 van 15
Methode van der Steen
In 1978 werd de ‘Methode van der Steen’ aan agenten en wetenschappers gedemonstreerd. Van der Steen was een oud-agent, die voor de universiteit was gaan werken. Hij ontwikkelde daar een methode om agenten te leren, hoe ze met burgers om moesten gaan. Hij maakte gebruik van opleidingsfilms, waar situaties uit de dagelijkse praktijk werden nagespeeld. Zijn methode sloeg in als een bom. Een aantal van de films waren tamelijk confronterend voor politiemensen, volgens Van der Steen. Een vrouw begaat een lichte verkeersovertreding en wordt tot de orde groepen door een agent en pakte hem vervolgens volkomen in.
Van der Steen bewerkte zijn modellen uiteindelijk tot een serie opleidingsfilms voor de politie, getiteld ‘Interactie Politie/Publiek’. Binnen de modules – bijvoorbeeld ‘Gedrag in Bekeuringsituaties’ - werd aandacht besteed aan het voeren van een gesprek met de burger. De adspirant werd geleerd dat zowel de burger als de agent verschillende vormen van gedrag kunnen vertonen en dat de agent door middel van gesprekstechniek het gedrag van de burger kan beïnvloeden. Wanneer een agent bijvoorbeeld een burger agressief benadert, kan hij agressief gedrag terug verwachten.
Van der Steen bewerkte zijn modellen uiteindelijk tot een serie opleidingsfilms voor de politie, getiteld ‘Interactie Politie/Publiek’. Binnen de modules – bijvoorbeeld ‘Gedrag in Bekeuringsituaties’ - werd aandacht besteed aan het voeren van een gesprek met de burger. De adspirant werd geleerd dat zowel de burger als de agent verschillende vormen van gedrag kunnen vertonen en dat de agent door middel van gesprekstechniek het gedrag van de burger kan beïnvloeden. Wanneer een agent bijvoorbeeld een burger agressief benadert, kan hij agressief gedrag terug verwachten.
De politie was (en is) een log apparaat dat zich moeilijk laat hervormen. Maar toen in die periode de druk vanuit de samenleving, aanhield, was de tijd rijp voor nieuw opleidingsmateriaal. De films van Van der Steen kwamen precies op het moment dat er binnen de organisatie van de politie aan een hervorming van de primaire opleiding (HPO) werd gewerkt. De hervorming, die aan het begin van de jaren tachtig werd doorgevoerd, bestond vooral uit aandacht voor het opdoen van praktijkervaring, vóórdat de agent de straat op ging.
Er zou geoefend worden met een rollenspel, waarin het optreden van politie en burger werd gesimuleerd. De ‘Methode Van der Steen’ vormde op dat punt bij uitstek het lesmateriaal. De politieschool in Heerlen kreeg de beschikking over een simulatieruimte. De ruimte bestond uit een straat, supermarkt, politiekantoor en enkele huiskamers, waarin de omgang met het publiek tijdens de opleiding kon worden geoefend. De activiteiten van de aspiranten werden geregistreerd door camera’s en naderhand besproken.
Er zou geoefend worden met een rollenspel, waarin het optreden van politie en burger werd gesimuleerd. De ‘Methode Van der Steen’ vormde op dat punt bij uitstek het lesmateriaal. De politieschool in Heerlen kreeg de beschikking over een simulatieruimte. De ruimte bestond uit een straat, supermarkt, politiekantoor en enkele huiskamers, waarin de omgang met het publiek tijdens de opleiding kon worden geoefend. De activiteiten van de aspiranten werden geregistreerd door camera’s en naderhand besproken.
Het onderstaande schema werd door Van der Steen ontwikkeld.
De ‘Methode van der Steen’ veroorzaakte een omslag binnen de mentaliteit van de politie. De assertieve burger werd tegemoet getreden door een even assertieve agent. In de jaren tachtig won de politie het zelfvertrouwen weer terug.
De eerste cursussen werden in 1983 ingevoerd en in Eindhoven werden daarmee gestart in oktober 1985. Dat was voor degenen die al in het korps werkzaam waren. Na het starten van de Herziene Primaire Opleiding hadden die cursisten immers de cursus als gehad.
De cursussen voor de zittende mensen werden BEKSIT genoemd (Bekeuringssituaties).
De eerste docenten van de cursus waren mensen uit het korps zelf, de mentoren van de HPO. Ze werkten als dezelfde mentorkoppels waarin ze ook bij de HPO hadden gewerkt. Toen ontbrak nl. bij het bureau Training Vorming en Opleiding nog de vereiste ervaring.
De koppels waren:
Martin Deeben en Ad van Oorschot, Theo van de Aalst en Bert van 't Schip, Will van Hooff en Ruud Swart.