Gebeurtenissen die indruk maakten - 1949: De Landbouwtentoonstelling Eindhoven

 

DE LANDBOUWTENTOONSTELLING 1949

In 1949 werd in Eindhoven de landbouwtentoonstelling gehouden.
Een evenement van formaat. Waar anders Eindhoven redelijk rustig was bracht de landbouwtentoonstelling, voor zover bekend het eerste na-oorlogse grote evenement, voor de politie het nodige werk met zich mee.

Meer dan 100.000 boeren uit het hele land waren ervoor naar Eindhoven gekomen. Op een bevolking van ongeveer 135.000 een behoorlijk aantal. Het terrein lag omsloten door de Leenderweg, Floralaan en aan de achterkant door het terrein van het latere en inmiddels verdwenen Animali.
De ingang lag aan het huidige Floraplein.
 
Klik op de afbeelding voor een vergroting.

Om het verkeer in goede banen te leiden waren er meer dan 100 borden geplaatst voor wegafsluitingen, omleidingen, parkeerverboden etc. Dat was exclusief de aanpassingen op de bestaande ANWB-borden.
De afdeling verkeer was te klein om deze klus te klaren, reden waarom de verkeerstaken ook werden uitgevoerd door 20 man van de surveillance -en bewakingsdienst(SBD). Normaal waren de taken van die afdelingen streng gescheiden.

De tentoonstelling duurde van 23 augustus t/m 2 september.
Tijdens die dagen kwamen er:
  • 220500 bezoekers
  • 7281 geparkeerde auto's
  • 789 geparkeerde bussen
  • 100.220 passagiers van de pendeldienst
  • 28.810 gestalde fietsen
Tevens was het evenement de vuurdoop van de mobile politiepost.
Het personeel van de SBD, de baldadigheidsploeg, de hondenbrigade en de recherche verbleef gedurende die dagen in de post gehuisvest.
Van 10.00 uur tot 02.00 uur waren er van de SBD 1 inspecteur. 1 brigadier en 10 agenten;
Van de hondenbrigade 3 man en van de recherche en baldadigheidsploeg ieder 1 man.
In totaal dus dagelijks een bezetting van 17 man.
Dat bracht volgens de annalen problemen met zich mee op het gebied van de huisvesting zoals het aanvegen en dweilen van de wachtruimte, afwassen en verzorging van de inwendige mens.(en honden)
Het werd als een groot voordeel beschouwd dat er geen verlies was in de surveillancetijd. Men stapte immers vanuit de mobiele post meteen in het bewakingsgebied en had dus geen aanloop -of aanrijtijd.
Er werden in die dagen 103 gevonden voorwerpen naar de post gebracht terwijl er 128 vermiste voorwerpen werden aangegeven, voornamelijk aktetassen met stapeltjes brood en keteltjes koffie.
Vanwege de preventieve werking die van de post uitging was het aantal diefstallen en gevallen van zakkenrollerij minimaal te noemen.
De post werd dan ook een goede toekomst voorspeld in het Eindhovense.
In 1948 waren de technische wagen en 2 "boevenwagens" al voorzien van een mobilofooninstallatie.
Daardoor was al snel het nut van die 'kostbare apparatuur' gebleken.
Als voorbeeld werd toen aangehaald dat er een melding van een verkeersongeval kwam en dat dankzij de mobilofoon een op straat zijnde wagen snel hulp kon verlenen.
Ook  de 1200 meter lange optocht van het Philips-wagenspel werd als voorbeeld genoemd. De centrale post was op het hoofdbureau ingericht, terwijl er op strategische punten langs de route mobilofoonwagens stonden opgesteld. Voor en achter de stoet, die 6 uur lang rond trok, reed ook een mobilofoonwagen.
In 1951 beschikte de Eindhovense politie over 6 auto's met mobilofoon. Drie daarvan konden slechts verbinding maken met het hoofdbureau terwijl de andere  dat ook konden met centrale posten in het hele land.
Al met al werd de mobilofoon als een 'machtig wapen' gezien bij de taakuitoefening gedurende grootschalige evenementen (al werden die toen nog anders genoemd)
Vlnr: Arie Tamerus - Nico van Dam - Sjaak Berkers - Cees Vringer - Piet van Soerland.