De Verkeersdienst - Bemoeienis van het gemeentebestuur

 

 

 

EEN BRIEF VAN HET GEMEENTEBESTUUR

In november 1928 ging het gemeentebestuur zich met de verkeersregeling bij de overweg bemoeien.
In een brief van de burgemeester (loco burgemeester Van Woerkom) aan de Commissaris van Politie werd onder andere naar voren gebracht dat het verkeer daar niet "genoegzaam" geregeld was, althans dat in de uitvoering van de regeling van het verkeer een aanmerkelijke verbetering kon worden gebracht.

De volgende verbeteringen werden in overweging gegeven:

  • het kruispunt aan de stadszijde vrijhouden, dus beletten dat voertuigen, komende van de Parallelweg doorrijden tot ongeveer tegenover de opgang van de voetbrug;
  • voertuigen van de Emmasingel doorrijden tot de hoek.

Toen deze brief werd geschreven waren er stopstrepen aangebracht in de Emmasingel en de Parallelweg (westzijde). Aangeraden werd bij deze stopstrepen agenten te plaatsen, terwijl werd medegedeeld, dat stopstrepen alsnog zouden worden aangebracht in de bestrating van de Demer, de Parallelweg Noord en de Fellenoord, maar dat in afwachting daarvan het verkeer daar al naar behoren kon worden geregeld. De foto's laten duidelijk zien hoe de situatie bij de overweg toen was.
Bovenbedoelde brief stelde Commissaris Brinkman om advies in handen van Inspecteur de Poorter, die over een en ander rapport uit bracht.
Uit de inhoud van dit rapport valt op te maken dat hij nogal in zijn wiek geschoten was over de inhoud van de brief, wat af te leiden valt uit de volgende zinsnede van het rapport:
"Het bevreemdt mij niet, dat de politie niets anders mag doen dan antwoord geven op aangehaalde brief. Immers is het echt Eindhovens dat ieder hier zich met het verkeer bemoeit zonder dat de politie zelf om raad gevraagd wordt.
Men schijnt blijkbaar te voelen, dat wij eerst om veel meer agenten zouden vragen en dat mag niet, dat zou brutaal zijn.
Men zegt liever, de politie kent haar taak niet, dat is veel goedkoper en bij al de kritiek die er op ons bestaat kan er dat nog wel bij
"

In het rapport wordt dan toegegeven dat het publiek zich vaak niet stoort aan de stopstrepen, maar als oorzaak wordt opgegeven het onvoldoende afsteken tegen de bestrating terwijl zij bij avond helemaal niet te zien zouden zijn.
Bovendien zou de verkeersagent door automobilisten niet voldoende gezien worden omdat hij meestal tussen het publiek moest staan, (zie de foto's).
Het rapport eindigt dan met de zin:
"Op drukke uren, bij avond en vooral bij regen als men de paraplu open heeft, kan men de verkeersagent absoluut niet zien.
Indien het werkelijk ernst is om een oplossing te verkrijgen geef ons dan agenten, lichtseinen, behoorlijke verkeersstrepen enz
.


 

ANTWOORD VAN COMMISSARIS BRINKMAN

Ook de commissaris was uit zijn humeur door de brief en hij stak dat in zijn antwoordbrief aan de burgemeester ook niet onder stoelen of banken. Ook hij kwam uiteindelijk tot de conclusie dat te weinig politie de oorzaak van de verkeerschaos bij de overweg was. 

Een gedeelte uit deze brief, typisch a la Brinkman, volgt hier:

"Om 12 en 6 uur wordt het gehele in dienst zijnde personeel naar de overweg gedirigeerd en is de stad verder met uitzondering van het kruispunt Rechtestraat - Vrijstraat en Kerkstraat - Rechtestraat van alle toezicht ontbloot, doch dit kan toch niet de gehele dag. Ofschoon nu wel geen bepaalde studiereizen door mij zijn gemaakt om het verkeer in andere plaatsen gade te slaan, zoals dat in andere gemeenten wel geschiedt, bezoek ik toch vaak genoeg de voornaamste plaatsen in Nederland en ook wel in België en Duitsland om over de regeling van het verkeer te kunnen oordelen.
Trouwens mijn 30-jarige politiepraktijk geeft mij het recht te zeggen, dat ik volkomen op de hoogte ben met een verkeersregeling.
Wanneer men echter het verkeer beschouwt te Eindhoven in vergelijking met dat van plaatsen van gelijke grootte als Eindhoven en zelfs grotere plaatsen, dan zal men zien dat het verkeer te Eindhoven veel meer moeilijkheden oplevert dan dat in die plaatsen.
Wanneer men 's-Hertogenbosch eens beziet, een dorpje in vergelijking tot Eindhoven op verkeersgebied, kan men zien, dat dikwijls op het punt Visstraat - Hoogesteenweg 5 mensen aldaar het verkeer regelen. Dit is nog niet eens een kruispunt, doch een punt waar een straat in een andere uitloopt.
Te 's-Hertogenbosch is niet één kruispunt, zo gevaarlijk en met zoveel verkeer als in Eindhoven de kruispunten: Vrijstraat - Demer, Rechtestraat - Kerkstraat, Postkantoor, Overweg Woensel, Overweg Gagelstraat, Vestdijk - Nieuwstraat en straks Stratumsedijk - Bilderdijklaan en Kerkstraat en Keizersgracht.
Ook voor mij is het geen kunst om aan de Woenselse Overweg het verkeer eens in betere banen te leiden. Ik kan dat wanneer ik de buitenwijken van politie ontbloot, zoals ik met kermis een groot aantal agenten tegelijk in dienst kan hebben, wanneer ik alle verloven en vrije dagen stop zet en de mensen 12 uur per dag dienst laat doen.
Tot dergelijke maatregelen ga ik echter niet over, omdat de lof welke mij mogelijk toegezwaaid zou kunnen worden, voor de regeling van het verkeer aan de overweg, niet opweegt tegenover de klachten over geen politietoezicht in andere stadsgedeelten en het absoluut niet regelen van het verkeer op andere kruispunten.
Gaarne nodig ik u Edelachtbare of heren raadsleden, die zich bijzonder voor het verkeer interesseren, uit met mij de drukke verkeerspunten eens gade te slaan.
Wanneer U of andere raadsleden een andere mening omtrent het verkeer zijn toegedaan, dan zou ik u in overweging geven een verkeerscommissie in het leven te roepen ter bestudering van dit vraagstuk. Gaarne zou ik die maatregelen willen nemen welke die commissie dienstig acht, onder voorwaarde, dat die commissie uitsluitend uit politiemensen bestaat, die van het verkeersvraagstuk een studie hebben gemaakt en op dat gebied hun sporen hebben verdiend
."

links: Willem Raap  in de dertiger jaren bij de Woenselse overweg.

 

 

 

 

DE OPLOSSINGEN:

Na veel heen en weer geschrijf en overleg kwam eindelijk na jaren voor de overweg de volgende regeling tot stand, in hoofdzaak een geestesproduct van de toenmalige Wethouder van Gemeentewerken, de Heer F.Smits van Oijen.

  • De z.g. kleine bomen werden opgeruimd en vervangen door andere, zodat de overweg door twee paar bomen van gelijke grootte werd verdeeld.
  • Tussen de bomen aan de stadszijde werd een verkeerstorentje geplaatst van waaruit de verkeersagent de verschillende lichtsignalen kon bedienen. Deze signalen waren geplaatst op de rand van de trottoirs van de Demer, de Emmasingel, de Parallelweg (West), de Fellenoord vóór de overweg en op de overweg vlak achter de afsluitboom aan de stadszijde. Voor de Parallelweg (Oost) waren de signalen aangebracht boven de weg, nl. voor het verkeer langs de overweg
  • Voordat de overwegwachter de bomen ging sluiten kreeg de agent in het torentje door middel van een elektrische bel daarvan kennis, zodat hij tijdig de nodige maatregelen kon nemen.
  • Bovendien was op de hoek Fellenoord- Het Eindje een draaibare verkeerspijl geplaatst. Was de overweg open dan wees deze pijl in de richting van de overweg, sloot de overwegwachter de bomen dan draaide de pijl, die bij avond was verlicht, in de richting naar het Eindje en kon het verkeer, komende uit de richting 's-Hertogenbosch, over het Eindje rijden naar de overweg Gagelstraat, die niet zo dikwijls en zo lang gesloten was als de grote.
  • Op beide hoeken van de Demer aan de zijde van de overweg stond destijds een café: aan de kant van de Parallelweg (Oost) was dit café van Hout -later geëxploiteerd door Van de Moosdijk (de Moes)- terwijl het andere café "de Bonte Os" heette.
    De attractie van café Van Hout was een soort gok inrichting waarbij werd uitgemaakt, door aan een touw te trekken, wie het laatste rondje moest betalen.
  • Achter café "de Bonte Os" aan de kant van de Emmasingel, bevond zich het pand Thijs. Ten behoeve van het verkeer over de overweg werd dit pand afgebroken en de vrijgekomen plaats werd betegeld.
  • De bestaande voetbrug, die zo groot was werd naar het zuiden verlengd tot boven het terrein van genoemd pand en daar werden twee opgangen naar de voetbrug gemaakt. Inderdaad een voordeel én voor de voetgangers en voor het andere verkeer.

Bovengenoemde oplossingen, die goed voldeden, hebben bestaan tot het bombardement van december 1942.

 

Verkeersregeling in 1929 bij de Woensel Overweg thv. Café De Bonte Os. De middelste agent is Stevenaar.

 TOP