De Recherche - Kempenbende in de pers

Dit is een krantenartikel van 13 oktober 1977, geschreven door Ruud Groen en Wim Wormser van het Eindhovens Dagblad.
Dit artikel was de aanleiding voor politici om vragen aan de minister te stellen.
Een reactie bleef uit totdat het geweld bleef toenemen.

 

Krantenkop 1977

Wie na middernacht door de Kempen rijdt, loopt het gevaar geramd te worden door een zware BMW of Mercedes, die zonder lichten uit de duisternis tevoorschijn komt.

Bijna elke nacht is het landelijke gebied van Zuidoost-Brabant het jachtterrein van zware jongens in snelle wagens, die met verbluffende brutaliteit een of meer winkels leegplunderen en daarna een spelletje van kat en muis spelen met de politie.
En in dit geval is het de muis, die met doodsverachting de kat op de hie­len zit.
Achtervolgingen met snelheden van tegen de honderd tachtig kilo­meter per uur doen zich elke week wel een paar keer voor en in vrij­wel alle gevallen moet de politie het opgeven.
Zelfs de snelste patrouillewagens zijn niet snel genoeg. Radioverbindingen worden afgeluisterd, wegafzettingen wor­den met hoge snelheid geramd en soms zelfs wordt er met wapens van zwaar kaliber op de achter­volgende politiemannen geschoten. De strijd tegen de georganiseerde misdaad in het nachtelijke Zuid­oost-Brabant heeft de laatste ja­ren een grimmig karakter gekregen. Volgens een woordvoerder van de politie is die strijd gedu­rende de afgelopen paar maanden uitgegroeid tot een keiharde krachtmeting tussen politie en onderwereld.
De politieman op de weg voelt zich steeds machtelozer tegen de toenemende terreur van ongrijp­bare misdadigers, die een hardhandige confrontatie niet uit de weg blijken te gaan.
Hoewel die politieman tot het uiterste wil gaan om die nachtelijke crimine­len te pakken, wordt hem soms door zijn directe meerdere in be­dekte termen te verstaan gegeven, dat hij maar beter een blokje om kan rijden. Dat gebeurt overigens met de beste bedoelingen, want die baas ziet zijn jongens na de nachtdienst graag levend terug.
In het omvangrijke gebied rond Eindhoven komt de last van de nachtelijke misdaadbestrijding vooral neer op de schouders van de rijkspolitie. De zware jongens met hun gestolen auto's vol eveneens -en vaak zelfs op bestelling gestolen- kleding, kleurenteevee's of juwelen mijden de gemeenten met een eigen politiekorps, omdat daar de kans om 's nachts een politieman tegen het lijf te lopen aanzienlijk groter is.
Het Rijkspolitiedistrict Zuidoost Brabant met zijn talrijke dorpen, uitgestrekte bossen en vele honderden kilometers verlaten landwegen biedt een veel betere kans om uit handen van de politie te blijven.
De mazen van het politienet zijn er zo wijd, dat er met een beetje terreinkennis gemakkelijk door te komen is. Bovendien moet een gealarmeerde politiewagen vaak zo'n grote afstand afleggen, dat de daders hun karwei in alle rust kunnen afwerken en vaak nog de tijd hebben om nieuwsgierige omwonenden met dreigementen op een afstand te houden.

Auto's

De feiten liegen er niet om. In Eindhoven en wijde omgeving worden elke nacht gemiddeld een tot twee auto’s gestolen. Meestal zijn het gloednieuwe wagens van de merken BMW en Mercedes, die professioneel worden gekraakt en spoorloos verdwijnen achter een vals nummerbord. Het zijn auto’s met een hoge topsnelheid, een vaste wegligging en een royale laadruimte. Het merendeel van deze wagens komt vroeg of laat weer boven water. Soms letterlijk, wanneer ze uit een kanaal worden opgevist, maar vaak ook wanneer ze uitgebrand op een landweg worden teruggevonden. En op een veelzeggende wijze ontbreekt altijd de achterbank.

Kosteloos tanken

Wat is er met die auto's gebeurd? Ze zijn gebruikt voor nachtelijke plundertochten, waar­van het grote publiek weinig meer verneemt dan korte krantenberichten. Het is alledaags nieuws geworden: De zoveelste inbraak in een confectiebedrijf,  waaruit omvangrijke partijen leren jassen zijn gestolen. De nachtelijke over­val op een juwelierszaak, waarbij een auto als stormram door de winkelpui werd gebeukt. Het kalm inladen van kleurentelevisies uit een gekraakte winkel, terwijl de wakker geschrokken buurt angstig toekijkt en de radeloze winkelier wordt teruggejaagd in zijn wo­ning Kortom een aanhoudende reeks van nachtelijke inbraken, waarbij de zware auto niet alleen vervoermiddel is, maar ook een handig stuk gereedschap en een geducht wapen. Men laat zich met zo'n gestolen en voor zijn nieuwe doel aangepaste wagen, nooit bij een benzinepomp zien. Er wordt kosteloos getankt door in stille dorpen benzine uit geparkeerde auto's te stelen. Wie de moed heeft verontwaardigd uit het raam te schreeuwen, krijgt zijn eigen tankdop naar het hoofd geslingerd, zoals verschillende malen is ge­beurd.

Spookachtige schim

Volgestouwd met gestolen waar verdwijnt zo'n auto na een kraak meestal voor enkele dagen in een afgelegen schuur, die voor dit doel is gehuurd. Wanneer de kust veilig is, wordt de lading er uit gehaald en in andere auto's naar de helers gebracht. Vaak wordt de auto voor een nieuwe klus gebruikt, waarbij hij niet zelden in een en dezelfde nacht op de meest uiteen liggende plaatsen als een spookachtige schim aan de politie voorbij raast. In de weinige wagens die tot stoppen werden gedwongen, werden radio-ontvangers gevonden, waarmee alle mededelingen aan politiewagens afgeluisterd konden worden. Wordt een misdaadauto na verloop van tijd te “heet", dan eindigt hij in een kanaal of wordt hij in brand gestoken om alle eventuele sporen grondig uit te wissen Zo verging het onder meer een gloednieuwe Mercedes van 95 mille, die eigendom was van een Eindhovense handelaar in onroerend goed

Bikkelharde strijd

Wat kan de rijkspolitie hier aan rijdend materieel tegenover stellen?  De groepen, die in de dorpen zijn geposteerd, beschikken over busjes en kleine personenauto's die slechts berekend zijn voor het surveillancewerk. Toen duidelijk werd dat met deze goedmoedige vervoermiddelen de snelle BMW's en Mercedessen niet bij te benen waren, werd een jaar of vier geleden assistentie gevraagd aan de verkeersgroep van het district, die over snelle wagens en speciaal opgeleide chauffeurs beschikt. Vanaf dat moment kregen de verkeerssurveillanten er een zware taak bij met het jacht maken op de mobiele misdaad. De snelle Fords maakten aanvankelijk enige indruk. Bij een nachtelijke achtervolging reed een verdachte zich in Heeze te pletter tegen de gevel van een huis. Na dit dodelijke ongeval liet de onderwereld ook de laatste scrupules varen en werd de strijd bikkelhard. Al gauw kreeg men in de gaten dat zelfs zo'n snelle politiewagen niet voldoende pk's onder de motorkap had om een vluchtende auto klem te rijden, zeker niet wanneer die een hobbelig zandpad insloeg. Op die manier zijn er heel wat assen van dienstvoertuigen krom gereden en kreeg Jan de wachtmeester nog lastige vragen van zijn baas op de koop toe.

Dienstpistool

 

achtervolging

Op de weg tussen Son en Best achtervolgde de Rijkpspolitie in september 1977 een BMW van de Kempenbende. Een gestolen auto met een vals kenteken. Op de splitsing hierboven stond een auto van de Rijkspolitie die daar had postgevat nadat ze van de achtervolging op de hoogte waren gebracht. De achtervolgde auto van de Kempenbende ging vol in de remmen, ontweek de politieauto en wist daarna linksaf te slaan richting Best. Het remspoor was 70 meter lang.
Ze hadden tevoren over een afstand van ongeveer 3 km. met tussenafstanden van ongeveer 500 meter,  kraaienpoten gestrooid waardoor de politieauto werd beschadigd. Ook schoten ze diverse keren gericht vanuit het open dak van hun BMW op de achtervolgende agenten, die wonder boven wonder niet werden geraakt. Een door de politie afgegeven schot trof geen doel.

RP-auto beschadigd

De door kraaienpoten beschadigde surveillanceauto van de Rijkspolitie.

kraaienpoten
Deze kraaienpoten werden voor de achtervolgende politieauto uitgestrooid.

 

 

browning m10browning m10Het voorval in Heeze had twee volstrekt tegengestelde effecten.
Terwijl in hogere politiekringen werd gediscussieerd over de vraag of een achtervolging mensenlevens mag kosten, kwamen bij de georganiseerde misdaad geweren op tafel, zoals hierboven is beschreven.
Vanaf dat moment zag de politie zich geplaatst tegenover wapens van de meest dodelijke soort in handen van lieden die niet aarzelen om ze te gebruiken.
En het enige verweer van de wachtmeester was zijn soms meer dan zeventig jaar oude dienstpistool, waarmee hij vanuit een rijdende auto in het donker autobanden moest zien te raken.
"In een fractie van een seconde moet je bij wijze van spreken wel zevenentwintig wetboeken napluizen om erachter te komen of je wel schieten mag", zei een politieman.
"En heb je eenmaal geschoten, ook al was het faliekant mis, dan moet je elke kogel op papier verantwoorden. Achter de groene tafel wordt dan door justitie en korpsleiding uitgemaakt of de omstandigheden, die de hoge heren zelf nooit hebben meegemaakt omdat ze 's nachts veilig thuis op een oor liggen, het schieten rechtvaardigden."

 

 

kraaienpotenpatroon

Kraaienpoten en patronen met loden ballen die er niet om logen. Daarmee kreeg de politie te maken.
Deze patroon is voorhanden in een lengte van 8,6 mm. Het gewicht van ieder afzonderlijk balletje heeft tot gevolg dat het doel waarop wordt geschoten met een zeer hoge energie wordt geraakt.
Op onderstaand autoportier zijn schoten afgevuurd met als doel de impact daarvan te laten zien. Van .22 mm tot Brennecke-patronen en de schrootpatronen die onderin het midden van de deur te zien zijn. Negen gaten met een schot.

proefschoten op autoportier

Acculantaarns

Ook onschuldige doorrijders konden er het slachtoffer van worden. Men kwam er van terug, maar het illustreert wel het gevoel van machteloosheid, waarmee politiemannen 's nachts hun lang niet ongevaarlijk werk doen Onder die dreiging lijdt soms hun hele gezin. „We worden dag in dag uit letterlijk voor rot geschol­den, maar daar word je op de duur immuun tegen. Laatst siste er een: Ik weet waar je kinderen op school zitten en denk d'r aan dat we ze pakken. Ik zei: “Als je dat zelfs nog maar een keer tegen me zegt, schiet ik je kop d'r af en als je dood op de grond ligt krijg je nog drie kogels na." "Ik heb m'n vrouw verteld hoe ze in geval van nood m'n dienstwapen moet gebruiken. Je krijgt 'n grote bos bloemen van me, zei ik, als hier drie dooie kerels op de stoep liggen, die jou of de kinderen iets hadden willen doen." Onthullende uitspraken van doodgewone politiemannen, die buiten hun diensturen vredelievende huisvaders zijn.

Zaak voor politie

Een fabrikant van leren jassen, bij wie inmiddels voor bijna een miljoen is weggeroofd, had voor een kleine vijftig mille aan bevei­ligingsapparatuur in zijn bedrijf geïnstalleerd. Na meer dan tien kraken – hij was zelf de tel kwijt- was het nu eindelijk rustig. Want zelfs de meest vakbekwame inbre­ker had meer dan een half uur nodig om binnen te komen. Hij be­taalde tienduizenden guldens verze­keringspremie per jaar, maar ve­len van zijn collega's die zo'n bedrag eenvoudig niet konden opbrengen, kregen steeds meer moeite met de verzekeraars. Er zijn bedrijven over de kop gegaan omdat ze voortdurend de prooi waren van de georganiseerde misdaad "Het ligt niet aan de politie", zegt een fabrikant die zijn bedrijf heeft veranderd in een vesting. Het wordt tijd dat de in Den Haag eens wakker worden. De politie zit met een tekort aan mensen en materieel. Dat is een zaak voor de regering, voor verantwoordelijke politici. Een burgemeester van een klei­ne Kempen gemeente heeft onlangs nog een scherpe brief geschreven aan Binnenlandse Zaken. Ze hadden me gevraagd mijn mening te geven over een bepaalde verdeelsleutel voor personeelsbezetting bij de politie. Een erg theoretisch stuk, waar ik weinig van begreep. Ik heb geantwoord dat ik met zulke opsommingen niet gebaat was zolang in mijn gemeente het postbureau van de Rijkspolitie wegens personeelsgebrek leegstaat. "Een winkelier bij wie na twee stille inbraken een derde maal de etalage met een auto werd ingeramd: “Het ergste zijn de gevolgen die zoiets heeft voor je gezin. Ik heb vier kinderen en ze durven nog steeds niet 's avonds alleen de trap af. We leven in een voortdurende angstsituatie."

Publiek geheim

Het navrante van de nachtelijke criminaliteit in Zuid-Oost Brabant is dat iedereen weet wie de daders zijn. De politie kent ze zelfs bij naam, maar kan niets beginners zolang ze niet op heterdaad worden betrapt of door de recherche een juridisch steekhoudend bewijs wordt geleverd. Het is een publiek geheim, dat het merendeel van die daders gezocht moet worden in bepaalde woonwagencentra, waar een politieoptreden door de publieke opinie al gauw wordt geïnterpreteerd als een razzia. Tegen de achtergrond van die kritiek heeft de politie lange tijd geaarzeld om criminaliteit in een woonwagenkamp aan te pakken, op een wijze, die elders volkomen aanvaardbaar zou zijn "Als je er twee agenten op af stuurt worden ze gemolesteerd. We kunnen eenvoudig niet anders dan met groot machtsvertoon zo'n kamp betreden. Dat de nachtelijke criminaliteit in Zuid-Oost Brabant ver uitstijgt boven het landelijk gemiddelde en kenmerkend genoemd kan worden voor juist dit gebied, illustreert de recente ervaring van een politieman die zijn zwaar onderbemande post moest verlaten om te assisteren bij gespannen toestanden in Assen en Bovensmilde. "Er waren dagen bij dat we weinig te doen hadden. Dan nam ik wel eens 'n surveillance over van mijn plaatselijke collega's. Langs een landweg zag ik een verlaten BMW en toen ik dat gewoontegetrouw rapporteerde, zeiden ze op het groepsbureau; Nou en? Of die wagen soms gestolen was? Over een dag of twee zouden ze wel eens gaan kijken of hij er nog stond. En ze informeerden bezorgd of we in Brabant allemaal overspannen waren."

 

krantenkop

In oktober 1978 verscheen een artikel in de krant waarin werd aangekondigd dat de politie terughoudend zou blijven wanneer er een gewelddadige inbraak in de Kempen werd gemeld.
De directe confrontatie met de zeer gewelddadige schietgrage bende zou teveel risico opleveren voor de betrokken politiemensen.

mr.duyxDe toenmailige officier van Justitie Mr. Duyx (l) : "Het lijkt op zelfmoord om bij alarm bij textielbedrijven en electriciteitswinkels, er nog gewone surveillancewagen op af te sturen. We hebben te maken met keiharde roversbenden, tegen wier optreden de politie niet is opgewassen. Niet met wapens en niet met voertuigen, want het is evengoed onverantwoord om met snelheden van 180 km. per uur bij achtervolgingen door rode stoplichten te razen "

Men had zogenaamde 'informatieteams' gevormd die bewijzen verzamelden waardoor het mogelijk was om op rustigere en veiligere momenten tot aanhouding over te gaan.
Niemand -buiten de politie- begreep het naar buiten brengen van deze strategie. Er werd immers de indruk gewekt dat de misdadigers vrij spel werd geboden en het vertrouwen van de burgers in de politie liep daarmee een grote deuk op.
Men kon er immers niet meer op rekenen dat de veiligheid van burgers door de politie werd beschermd. Ondanks dat getroffen ondernemers de opstelling van de politie wel kon billijken geloofde men niet dat die aanpak succes zou opleveren.

Tot op dat moment hadden de bendes in 1978 al voor 72 miljoen (gulden) aan bontjassen, kleding en allerlei electrische apparatuur buitgemaakt bij hun nachtelijke snelkraken.
Het was begonnen in 1972 waarin voor 13 miljoen werd buitgemaakt. In 1977 voor 69 miljoen en men verwachtte voor 1978 een totaalbuit van 79 miljoen.
Er waren intussen al 500 BMW's en Mercedessen, met een gemiddelde waarde van 40.000 gulden, gestolen. Na de 'klus' werden die in het water gedumpt of in brand gestoken.
In 1978 begon de bende ook een gewapende wachtpost uit te zetten die tijdens de kraak toezicht hield en op alles schoot wat zich bewoog.

De nacht voordat bovenbedoeld persbericht verscheen had er in Mill nog een snelkraak plaatsgevonden bij een bonthandel waarbij er voor 220.000 gulden aan bontmantels werd buitgemaakt. Toen een politieman de vluchtauto een stopteken gaf werd er meteen op hem geschoten. Bij de schotenwisseling werd een band van de vluchtauto lekgeschoten maar die kon desondanks toch ontkomen. De politieauto werd met kogels doorzeefd maar niemand werd geraakt.

Begin 1979 werden in Rotterdam de helers van veel gestolen goederen (waarde ruim 800.000 gulden) aangehouden.

In februari 1979 werden er bij een grootschalige actie op 3 woonwagenkampen (160 man politieinzet) 9 verdachten aangehouden van de gewelddadige snelkraken.

TOP