De Recherche - De Vrije Dienst

DE VRIJE DIENST 

De vrije dienst, de voorloper van de criminele inlichtingen dienst, begon haar waarde te bewijzen doordat er door hun inzet grote zaken werden opgelost zoals een grote bontdiefstal door Amerikaanse militairen, die voor fl. 300.000,-- aan bont hadden gestolen op de Amerikaanse basis Ramstein in Duitsland. In die tijd werden enkele rechercheurs vrijgemaakt om zich in het criminele milieu te begeven. Ze brachten hun tijd dan ook voornamelijk door in de kroegen en op plaatsen waar criminelen zich ophielden.

Die periode is totaal niet te vergelijken met zoals dat zich later ontwikkelde. Er was nauwelijks of geen controle op de manier waarop zij hun werk uitvoerden zodat de kans op afglijden heel erg groot was.
Iedereen die vele jaren later de zgn. IRT-affaire heeft gevolgd, zal duidelijk zijn welke risico's deze mensen toen liepen.

  

         gerrit van middelkoop  nol boeijen joop harthoorn  wim van den hoogen  ben bontjer

 De pioniers van deze dienst waren vlnr: Gerrit van Middelkoop, Nol Boeijen en Joop Harthoorn en later Wim van den Hoogen en Ben Bontjer,

De mannen hielden af en toe ook wel van een geintje. Ook de toenmalige chef van de afdeling (Huub Raeven) droeg zijn steentje bij door hun bericht aan de officier van Justitie te ondertekenen.

Links Wim van den Hoogen en op de achtergrond Nol Boeijen.

TAPKAMER

tapkamer

Fons van Vlerken (l) en Frans Krüter.

Onderdeel van sommige rechercheonderzoeken is het afluisteren (tappen) van telefoons. Dit onder strikte voorwaarden.
Het mag duidelijk zijn dat dit, vaak dagen achtereen uitluisteren van telefoongesprekken en die ook nog op papier zetten, voor de nodige stress zorgt.
Eind tachtiger jaren zorgden deze twee medewerkers voor wat afleiding in de "tapkamer"